De arbeidsmarkt vergrijst, en de regering wil dat we met z’n allen langer werken. Maar tegelijk blijft het clichébeeld van de 55-plusser hardnekkig hangen: minder flexibel, minder ambitieus en met het pensioen al in zicht. Ook rond dit thema rust nog te vaak een taboe. Leidinggevenden vinden het moeilijk om het gesprek aan te gaan, en medewerkers voelen zich er vaak ongemakkelijk bij. Daarnaast weten zij vaak niet wat de mogelijkheden zijn.
Tijdens het AMS Impact Webinar “Langer werken, maar hoe? Zo bouw je leeftijdsinclusieve loopbanen” toonden professor Peggy De Prins (Antwerp Management School), Bjorn Cuyt (Directeur provincie Antwerpen - VDAB) en Sabine Schellens (HR Director - Aquafin) dat dit beeld niet klopt. Hun boodschap: leeftijd is geen beperking, maar een kans.
1. De oudere werknemer bestaat niet
Wie spreekt over ‘de 55-plusser’ vergeet vaak hoe divers deze groep is. Er zijn werknemers die hongerig zijn naar nieuwe uitdagingen, die mentor willen worden of een andere richting willen inslaan. En er zijn er die net meer rust en balans zoeken, of die hun expertise willen inzetten op een andere manier.
Die verschillen zijn groter dan bij jongere leeftijdsgroepen. En net daarom werkt een one-size-fits-all-aanpak niet. “De ervaren werknemer vraagt om maatwerk”, zegt professor Peggy De Prins. “We moeten af van het idee dat iedereen in deze fase ‘afbouwt’. Sommige mensen bouwen juist op.”
2. De clichés kloppen niet
Onderzoek én praktijkervaring tonen iets anders dan het heersende beeld.
Veel 55-plussers zijn loyaal, gemotiveerd en bereid om bij te leren. Ze willen zinvol werk doen, erbij horen, hun kennis doorgeven.
“We onderzochten samen met Antwerp Management School hoe onze 55-plussers in hun job staan. Wat bleek? De meesten willen gewoon een zinvolle job blijven doen. Ze willen van betekenis zijn en hun ervaring inzetten. Dat beeld van de werknemer die enkel aftelt naar pensioen, herkennen wij niet.”
3. Werkgevers missen kansen
Door vast te blijven hangen in stereotypen, missen organisaties kansen. Wie oudere medewerkers actief betrekt, wint aan stabiliteit, expertise en betrokkenheid.
Gemengde teams – met verschillende leeftijden – blijken bovendien productiever en innovatiever.
Het belang van perspectief is essentieel.
“Veel werkgevers denken onterecht dat 55-plussers nog maar enkele jaren meedraaien. In realiteit gaat het vaak over meer dan 10 jaar waardevolle ervaring. Als je dat potentieel laat liggen, verlies je als organisatie.”
4. Levenslang leren stopt niet bij 50
Een van de grootste misverstanden is dat oudere medewerkers niet meer willen leren.
De realiteit is dat ze soms minder kansen krijgen. Wie te lang in dezelfde job blijft, krijgt minder informele leerkansen – en dat beïnvloedt de motivatie.
Daarin staat dialoog centraal: niet van bovenaf opleggen, maar in gesprek gaan over wat iemand nodig heeft om zich verder te ontwikkelen. Dat kan via kleine stappen – coaching, intergenerationeel leren, of simpelweg door open te spreken over wat moeilijk loopt.
“Leren hoeft niet altijd een dure opleiding te zijn. Het begint met de moed om te zeggen: ‘Ik ben hier niet meer helemaal mee, kun je me helpen?’ En dat zonder oordeel.”
5. Doorbreek de taboes
Gesprekken over pensioen, mantelzorg, of menopauze zijn nog te vaak onbespreekbaar.
En net dat maakt het moeilijk om beleid te voeren dat echt inclusief is. Bedrijven die wél taboes doorbreken, merken dat medewerkers zich erkend voelen – en dat loont.
Bij Aquafin bijvoorbeeld is menopauze nog geen expliciet thema, maar het komt wel af en toe naar boven:
“We hebben gezien dat mensen er wel over willen praten, maar niet in groep,” vertelt Schellens. “Daarom is het onze taak om ruimte te creëren, net zoals we dat doen voor mantelzorgers of jonge ouders.”
6. De sleutel ligt bij leiderschap
Leeftijdsinclusief beleid vraagt geen gigantische hervormingen, maar wel bewuste leiders. Leidinggevenden die durven vragen: Hoe gaat het met je? Wat wil je realiseren? Waar loop je tegenaan? Niet vanuit betutteling, maar vanuit vertrouwen.
“Het begint met taal,” zegt De Prins. “We moeten voorzichtig zijn met uitspraken zoals ‘deze taak gaat je precies nog goed af’ of ‘gaat zo’n project nog wel lukken?’. Door het woordje ‘nog’ te gebruiken, reken je iemand onbewust af op de leeftijd.”
“De gemiddelde 55-plusser heeft nog meer dan 10 jaar waardevolle ervaring te bieden. Tijd om die troef uit te spelen.”
Wie ruimte geeft aan de diversiteit van loopbanen, wint aan menselijkheid én resultaat.